Consolidatie oorlogsmonumenten langs de Frontzate afgewerkt
- Nieuwpoort - 03/05/2008
On Sunday, May, 18th, 2008, the inauguration took place
of two restaured Belgian bunkers alongside the old railway
Diksmuide-Nieuwpoort. Please find some pictures below.
De provincie West-Vlaanderen, het Vlaams Instituut voor
het Onroerend Erfgoed (VIOE) en de Vlaamse Landmaatschappij
(VLM) hebben samengewerkt om oorlogsrestanten langs de Frontzate,
de oude spoorwegbedding Nieuwpoort-Diksmuide, te herstellen.
Het gaat om bakstenen en betonnen restanten uit de twee wereldoorlogen
die dringend aan onderhoud toe waren. De consolidatiewerken
zijn nu afgerond en de monumenten worden opengesteld voor
geleide bezoeken. Het provinciebestuur, het VIOE, de VLM en
de stad Nieuwpoort huldigen op zondag 18 mei 2008 de herstelde
monumenten in.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog, toen de IJzervlakte onder
water werd gezet, was de spoorwegberm de grens van het ondergelopen
gebied. Het Belgische leger trok zich achter de spoorlijn
terug en legde er schuilplaatsen aan. De meeste werden vervaardigd
uit baksteen en zijn grotendeels ingegraven in de spoorwegberm.
In de loop van de oorlog werden er enkele vervangen door betonnen
bunkers. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bouwden de Duitsers
nog een aantal mitrailleurposten langs de spoorwegbedding.
Na de oorlog raakten deze relicten geleidelijk aan in verval
door insijpelend regenwater, vorstschade, vandalisme en andere
factoren. Samen met het oude stationsgebouw van Ramskapelle
hebben de bunkers, mitrailleurposten en schuilplaatsen nu
een behandeling gekregen om verdere achteruitgang tegen te
gaan. Twee schuilplaatsen aan de Proostdijk zijn bovendien
volledig gereconstrueerd met zandzakjes zodat de bezoeker
zich een beeld kan vormen van de verdedigingslinie in haar
oorspronkelijke staat. Ook de als monument beschermde bunker
Groigne in de kom van Lampernisse (Oudekapelle, Diksmuide)
is gerestaureerd.
De consolidatie kaderde in het VLM-landinrichtingsproject
"De Westhoek" waarbinnen reeds eerder de spoorwegbedding Nieuwpoort-Diksmuide
heringericht werd als groene recreatieas. Het VIOE en de leden
van het provinciaal project "Oorlog en Vrede in de Westhoek"
maakten eerst een doorgedreven inventarisatie van de oorlogsrelicten.
Op basis daarvan ontwierp het VIOE een consolidatievoorstel
dat werd uitgevoerd door gespecialiseerde aannemers. De financiering
van het consolidatieproject gebeurde met middelen van de Vlaamse
overheid en de provincie West-Vlaanderen, die tevens optrad
als bouwheer. Het consolidatieproject dingt mee naar de Vlaamse
Monumentenprijs 2008. Daarmee wordt elk jaar een persoon,
een privé- of een openbare instelling bekroond voor een recente
verwezenlijking op het vlak van monumentenzorg, landschapszorg
of archeologie.
Meer info:
- Karolien Bracke, Vlaamse Landmaatschappij, 0494 56 48
49 of 050 45 81 07, karolien.bracke@vlm.be
- Geleide bezoeken: Walter Lelièvre,Nieuwpoortse Heemkring
"Ramscapple aen den Yser", tel 0486 444 014, dewally@scarlet.be
Plaats voor het verzamelen: het dorpshuis d'oude schole in
Ramskapelle.
De Heemkring Ramscapple aan de Yser had gezorgd voor een
mooie tentoonstelling die aangevuld werd met foto's van de
werkzaamheden die het VIOE en de VLM hadden uitgevoerd.
Rechts: Frederik Demeyere, coördinator van 'Oorlog en
Vrede in de Westhoek' in gesprek met 'zijn' gedeputeerde Gunter
Pertry.
Intussen was de zaal goed volgelopen.
Burgemeester Crabbe maakte nog vlug een aantal nota's. Net
op tijd want Karolien Bracke, persverantwoordelijke van de
Vlaamse Landmaatschappij, nodigde hem reeds uit om te spreken.
In zijn korte toespraak had de burgemeester het over de hevige
gevechten in Ramskapelle, de vernieling van het stationsgebouw
en de onderwaterzetting. "Ons oorlogserfgoed is een belangrijk
toeristisch product dat we moeten koesteren en verder ontwikkelen.
Het biedt een forse meerwaarde aan de toerist", aldus
de Nieuwpoortse burgemeester.
Tweede spreker was Nathalie Vernimmen van het Vlaams Institut
voor het Onroerend Erfgoed (VIOE):
"Vandaag mogen we met enige trots het consolidatieproject
van de oorlogsrestanten toevoegen aan het uitgebreide en diverse
oeuvre van de ploeg Modelrestauraties van het Vlaams Instituut
voor het Onroerend Erfgoed. Deze ploeg, waarvan architect
Willem Hulstaert deel uitmaakt, voerde de voorbije dertig
jaren allerhande modelrestauraties uit, gaande van industriële
complexen over kerken en kastelen tot en met het hotel Errera,
de ontvangstruimte van de Vlaamse minister-president te Brussel.
Ook al was het initieel zelfs voor de Vlaamse Landmaatschappij
niet duidelijk waarnaar dit project concreet zou leiden, toch
aarzelde het VIOE geen seconde om hier de expertise van de
ploeg Modelrestauratie in te zetten.
Vlaams minister Dirk Van Mechelen voert dan ook een gericht
beleid rond het oorlogserfgoed met als doel dit erfgoed te
laten erkennen als UNESCO-werelderfgoed in 2014, wanneer het
100 jaar geleden is dat de eerste wereldoorlog startte. Maar
ook al wordt deze internationale erkenning nagestreefd, de
opdracht van de Vlaamse overheid bestaat er in de eerste plaats
in, ervoor te zorgen dat de collectieve bewustwording van
het oorlogserfgoed onder de Vlamingen zelf wordt aangewakkerd.
Enkel door het oorlogserfgoed op een gepaste manier in te
schakelen in de huidige maatschappij kan een draagvlak gecreëerd
worden. Op deze manier kan ook dit patrimonium aan de volgende
generaties worden doorgegeven met respect voor de aanwezige
historische en maatschappelijke waarden.
Het behoort tot de missie van het VIOE om de zorg voor het
erfgoed vanzelfsprekend te maken bij het ruime publiek. Modelrestauraties
zijn hiertoe een ideaal middel. Zelf dossiers opmaken en de
uitvoering ervan begeleiden is de enige en meest directe leerschool
om het beleid te toetsen aan de praktijk, en het eventueel
bij te sturen. Zo geeft de overheid aan op welke wijze dient
omgegaan te worden met ons Vlaamse erfgoed Het consolidatie-
en evocatieproject aan de Frontzate past dan ook volledig
in het beleid van de minister om zulke modelprojecten uit
te werken waarvan de resultaten andere projecten ten goede
kunnen komen.
In dit concrete project werd, na een doorgedreven inventarisatie
van de oorlogsrestanten, een voorstel uitgewerkt waarbij gekozen
werd drie verschillende gradaties in de mogelijke manier van
ingrijpen toe te passen. Sommige oorlogsrestanten werden hersteld,
andere werden geconsolideerd en nog andere werden geëvoceerd
of gereconstrueerd. Al deze ingrepen zorgen er niet alleen
voor dat de toekomst van deze oorlogsmonumenten verzekerd
is,- maar ook dat de bevolking blijvend gesensibiliseerd wordt
ten aanzien van het oorlogsgebeuren. Langsheen de fietsroute
van de voormalige spoorlijn Nieuwpoort-Diksmuide houdt de
evocatie of reconstructie van de bunkers de herinnering aan
de Groote Oorlog wel zeer levendig, hier worden we bijna letterlijk
geconfronteerd met het brute verleden.
De ervaring die we als instituut uit zulke modelprojecten
opdoen, wordt via allerlei kanalen verspreid. Zo zal in dit
specifieke geval de uitgebouwde expertise betreffende het
herstellen, consolideren en evoceren van bunkers, onder andere
gebundeld worden in een praktische handleiding voor het omgaan
met bunkers in het landschap.
Landinrichting De Westhoek vormde een prima kader om dit
consolidatieproject vorm te geven. De samenwerking tussen
de verschillende partners op lokaal, provinciaal en gewestelijk
niveau verliep vlekkeloos. Hierbij past het dan ook om afsluitend
de Vlaamse Landmaatschappij te danken voor het vertrouwen
dat zij in onze restauratieploeg heeft gesteld, en de provincie
voor haar administratieve en financiële ondersteuning. Daarnaast
gaat onze dank uit naar allen die, door het aanleveren van
technische informatie, kaarten, foto's e.d. rechtstreeks of
onrechtstreeks hebben bijgedragen tot het realiseren van dit
fantastische project."
Frank Debeil, projectleider bij de Vlaamse Landmaatschappij,
schetste het verloop van de consolidatiewerkzaamheden.
Tot slot gaf Willem Hulstaert toelichting bij de specifieke
werken aan de verschillende bunkers en versterkingen. Rechts
een Duitse geschutspost uit de Tweede Wereldoorlog.
Ook de versterking
in de Grote Beverdijkstraat in Oudekapelle werd grondig
gerenoveerd.
En dan begaf iedereen zich naar de oude spoorweg naar de
gerestaureerde bunkers.
Echt een meerwaarde voor de vele fietsers en wandelaars die
langs de Frontzate komen. Zo krijg je een idee van hoe het
eruit moet gezien hebben.
De schuilplaatsen hebben een beperkte hoogte en zijn afgesloten
met metalen hekkens.
Toespraak door gedeputeerde Pertry.
"Dames en heren,
Dit jaar 90 jaar geleden kwam er een einde aan de zogenaamde
"Wacht aan den IJzer", Het Belgische leger, onder leiding
van Koning Albert 1, had er vier jaar stand gehouden tegen
de Duitse agressor.
Tijdens deze vier jaar ondergingen de strijdkrachten een
merkwaardige metamorfose. Na de cruciale verzetspogingen rond
de versterkte vestingen van Luik, Namen en Antwerpen trok
het restant van de Beigische troepen zich terug aan de kust,
net achter de IJzer. Cruciaal waren die eerste oorlogsweken
en -maanden omdat het de Geallieerden net genoeg tijd bood
om zich te organiseren en het aanvalsplan van de Duitse legerleiding
te doorzien. Cruciaal ook omdat net dit vertragingsmanoeuvre
leidde tot een wedloop naar de zee en uiteindelijk een loopgravenoorlog.
Eens de verspreide en zwaar uitgedunde Belgische troepen zich
herenigden achter de IJzer, bleek al snel dat de Duitse overmacht
te groot was. Enkel door het toepassen van een eeuwenoude
tactiek van het onder water zetten van land kon het Belgische
leger zich handhaven op de lijn tussen Diksmuide en Nieuwpoort.
De oevers van de IJzer mochten dan al opgegeven worden, de
Frontzate, een verhoogde spoorwegbedding, deed dienst als
dijk en frontlijn.
In 1918 bleken de Belgische strijdkrachten veel slagvaardiger
dan vier jaar daarvoor. Na succesvol de Duitse lenteoffensieven
rond Houthuist en Merkem te hebben weerstaan, speelden de
Beigische troepen een niet onbelangrijke rol in de bevrijding
van talrijke dorpen langs de West-Vlaamse frontlijn.
De Provincie West-Vlaanderen hecht veel belang aan haar oorlogsverleden;
hiervan getuigen niet alleen de financiële inspanningen die
al in de jaren '70 en '80 werden opgebouwd, maar ook het opnemen
van het initiatief "Oorlog en Vrede in de Westhoek". Dit netwerk
werd in 2002 opgericht met als doel de vele initiatieven binnen
de oorlogsthematiek te stroomlijnen en te coördineren.
Tussen 2002 en 2007 werden met behulp van het netwerk een
aantal grote projecten gerealiseerd, zoals onder andere de
onthaalinfrastructuren aan Tyne Cot Cemetery en aan het Soldatenfriedhof
in Langemark. Voor de nieuwe beleidsperiode, 2008-2013, werd
in samenspraak met de partners van het netwerk een nieuw beleidsplan
opgesteld.
Uit de analyse van de periode 2002-2007 bleek dat er een
aantal thema's en sites uit het oorlogsverleden van de streek
eerder ondermaats belicht werden. In de aanloop naar de 100-jarige
herdenkingen in 2014, wordt getracht deze "andere" elementen
wat meer uit te werken. Het lijkt wel een tendens, net in
2008 richten ook verschillende musea hun pijlen op die "anderen";
de Fransen, de Senegalezen, de Zouaven, ... de Belgen. Ik
verwijs hiermee naar de tentoonstelling "Mens-Cultuur-Oorlog"
in het In Flanders Fields Museum en "Brave Littie Belgium"
in het Memorial Museum Passchendale 1917.
De herdenking en de herinnering aan deze minder bekende groepen
is minder groots, minder opvallend uitgebouwd dan voor de
gesneuvelden uit het Britse Gemenebest. Logisch ook als men
bedenkt dat net geen miljoen mensen hier het leven lieten,
waarvan de grote helft hiervan behoorde tot het Britse Gemenebest,
de Commonwealth. Het is dan ook niet verwonderlijk dat net
de Britse toeristen een zeer grote belangstelling tonen in
hun oorlogsverleden van de streek.
De Frontzate en het bunkertje aan de Groigne zijn echter
boeiende voorbeelden van hoe ook de stille getuigen van die
"anderen" een plaatsje verdienen in het opgewaardeerde oorlogserfgoed
van de streek. We hopen dan ook dat de voorbijgangers hier
af en toe halt houden en even stilstaan bij de gebeurtenissen
van bijna een eeuw geleden. De inhuldiging van deze geconsolideerde
frontzate is daarom ook voor het netwerk een belangrijk gegeven.
Niet alleen biedt het de bewoner en de bezoeker om van dichtbij
kennis te maken met een stukje van het Beigische oorlogsverhaal.
Het heeft een aantal van de immer schaarser wordende oorlogsrelicten
gevrijwaard van verder verval, zodat komende generaties hier
ook nog materiële getuigen kunnen aantreffen van de oorlog
die alle oorlogen zou beëindigen.
De herinnering aan de oorlog is voor de Westhoek een belangrijk
gegeven. Niet allen is het een inherent deel van het landschap
en collectieve geheugen van de streek, het is in vele gevallen
ook een economisch gegeven geworden. Het oorlogstoerisme genereert
geen onbelangrijke financiële impuls voor de ondernemende
sector van de streek; dit is duidelijk gebleken uit het onderzoek
dat Westtoer in de periode 2006-2007 uitvoerde in opdracht
van het netwerk Oorlog en Vrede in de Westhoek.
Toch moeten we kritisch zijn: kwaliteit is een sleutelwoord.
In de aanloop naar de herdenkingen in 2014 zullen er nieuwe
initiatieven geboren worden en zal er een nog grotere stroom
bezoekers richting Westhoek komen. Om de kwaliteit van dit
toeristische product en de levenskwaliteit voor de eigen streekbevolking
te vrijwaren, moeten keuzes gemaakt worden. We zijn er van
overtuigd dat Diksmuide, Nieuwpoort en de andere gemeenten
uit de noordelijke Westhoek dit samen met de andere partners
van het netwerk zullen ondersteunen.
Ik dank u voor uw aandacht.
Gunter Pertry Gedeputeerde voor kunst, cultuur en onderwijs
Er was veel volk op deze mooie, winderige zondag.
Na het applaus mochten de genodigden de handen uit de mouwen
steken en de laatste zandzak vullen.
Gedeputeerde Pertry legde de laatste zak op zijn plaats.
Karolien Bracke gaf de toeschouwers uitleg over het verdere
verloop van het programma.
Terwijl een aantal mensen reeds nieuwsgrierig de schuilplaatsen
verkende.
De genodigden wandelden terug tot in Ramskapelle.
Dikke proficiat aan allen die meegwerkt hebben aan deze mooie
realisatie.
Deze rubriek staat open voor iedereen.
Ook jij kunt foto's doorsturen voor de rubriek "Je was er
bij". Ons adres: info@westhoek.be
Everyone can send pictures for the pages "You were
there". Our address: info@westhoek.be
|