Last Post

Evenementen

Meldingsformulier

HOME


Je was erbij / You were there

 

Maïté Roël, burgerslachtoffer van de Eerste Wereldoorlog - Kaaskerke - 11/11/2009

De nacht van 6 op 7 juli 1992. Maïté Roël, acht jaar oud, ligt in de open lucht te slapen op een oud militair domein in Wetteren, waar ze het weekend doorbrengt met de scouts. Enkele meters verder is een kampvuur gemaakt. Netjes afgebakend met een muurtje, zodat het omliggende groen geen vuur kan vatten.

Maïté, 26 intussen, herinnert zich nog haarscherp dat ze plots wakker schoot. 'Ik zag ontelbare gensters, zoals wanneer je een nieuw houtblok op het vuur gooit, maar dan immens veel heviger.' Pas toen ze door een aantal roepende en krijsende scouts naar de keuken van het domein werd gedragen, begon het haar te dagen dat er iets ernstigs aan de hand was. 'Ik zag een grote plas bloed op de witte vloer', zegt ze. 'En toen mijn linkerbeen. Het hing alleen nog vast met een stukje vlees.'

Een stuk van de muur rond het kampvuur had haar been verbrijzeld. Oorzaak was een bom uit de Eerste Wereldoorlog, afkomstig van een Engels gevechtsvliegtuig. Of ze in de bodem onder het vuur zat dan wel in de vlammen was gegooid door een argeloze begeleider, is nooit duidelijk geworden.

Eerst werd Maïté naar het ziekenhuis van Wetteren gebracht. Geen plaats. Per helikopter ging het naar het UZ Gent. Pas drie uur na het voorval werd ze voor het eerst verdoofd. Al die tijd was ze bij bewustzijn gebleven.

'Ik ben twee jaar in het ziekenhuis gebleven, eerst anderhalf jaar in Gent, het laatste halfjaar in het AZ Brugge. In die periode ben ik 29 keer geopereerd.' Spieren en huid uit haar buik en rechterbeen werden getransplanteerd. Uit haar rechterbeen werd ook een van de twee slagaders verwijderd. Aan sport doen is daardoor uit den boze. 'Opereren en daarna platspuiten met morfine om de pijn draaglijk te maken, zo ging het keer op keer', zegt ze.

Dat anderhalve jaar in Gent heeft ze liggend doorgebracht. Pas in het AZ leerde ze stilaan weer lopen. Omdat het gereconstrueerde been ruim twee centimeter korter was dan haar linkerbeen, moest ze een verlenging ondergaan met de Ilizarov-methode. Daarbij wordt een frame van metalen ringen vastgezet met pinnen die dwars door het bot gaan. Drie keer daags moest Maïté een schroef aandraaien die alles wat oprekte. 'Nu is mijn linkerbeen nog altijd ongeveer een centimeter korter, maar het gaat wel.'

Ten tijde van het ongeluk zat ze in de vierde klas. Gedurende die twee jaar in het ziekenhuis kreeg ze dagelijks een halfuurtje les. Ze haalde haar diploma lager onderwijs zonder problemen. Het secundair onderwijs verliep stroever. Door problemen thuis, waar ze liever niet dieper op ingaat, maar ook door posttraumatische stress. Nachtmerries, angst, onder meer voor ballonnen. Het duurde ook twee jaar voor haar vader te horen kreeg dat Maïté in aanmerking kwam voor het statuut van oorlogsslachtoffer.

Er zijn momenteel nog elf erkende Belgische burgerslachtoffers van de Eerste Wereldoorlog. Het gaat om mensen die tijdens of na 1914-'18 gewond raakten door explosieven die in die vier ellendige jaren gebruikt werden in ons land. Maïté is de jongste.

En toen kwam de heroïne. Ze begon ermee op haar veertiende, deels door de ellende thuis, maar vooral om de spoken van die verschrikkelijke nacht in 1992 te verjagen. 'Begeleiders vertelden me dat mijn lichaam de heroïne herkende omdat ik twee jaar morfine had gekregen.' Het werd een verslaving die tien jaar duurde. Ze liet de school voor bekeken na het vijfde middelbaar. Eventjes probeerde ze nog te werken in de bejaardenzorg, maar dat kon ze fysiek niet aan. Nu is ze goed twee jaar clean.

'Afkickcentra hielpen niet. Ik ben gestopt toen ik zwanger was van Damon, mijn zoontje van intussen anderhalf.'

Nu is Maïté huisvrouw, en ze heeft niet meteen plannen om daar verandering in te brengen. Haar man werkt, zij wil bij haar zoon zijn. Als oorlogsslachtoffer krijgt ze een maandelijkse uitkering van 700 euro. Op een schadevergoeding wacht ze nog steeds. Achttien jaar loopt de procedure al.

'Er zijn elf betrokkenen, waaronder de gemeente Wetteren, de scouts, een bedrijf dat wegwerkzaamheden uitvoert, mijn vader, mijn moeder en ikzelf. Men zegt me dat we nu in de laatste fase zitten. Ik zou 2.500 euro krijgen per procent dat ik invalide ben. Officieel ben ik nu voor zestig procent invalide. Maar de adviseur van de bevoegde instantie heeft dat onlangs opgetrokken naar 75 procent. De rechtbank moet dat wel nog goedkeuren.'

75 keer 2.500 euro, plus al die jaren rente, dat levert een aardig bedrag op, al is het ruimschoots onvoldoende om het doorgemaakte leed te compenseren. Maar ze is opvallend mild, wijst niemand met de vinger. 'Als die schadevergoeding er is, wil ik gewoon eens een grote reis maken.'

Tekst: Jan Desloover - De Standaard 10 november 2009

Hieronder enkele foto's van de ontmoeting van wo1.be met Maïté op woensdag 11 november aan de Dodengang te Diksmuide.

Deze rubriek staat open voor iedereen. 
Ook jij kunt foto's doorsturen voor de rubriek "Je was er bij". Ons adres: info@westhoek.be

Everyone can send pictures for the pages "You were there". Our address: info@westhoek.be